Bereid de bouillon voor met 500 ml kokend water en 1 groentebouillonblokje
2
Snipper 1 stuk ui. Verwarm olie in een afdekbare wok en fruit zachtjes tot glazig. Hak 1 teentje knoflook fijn, voeg toe samen met wat zout. Voeg 200 g orzo toe en schep om tot glazig. Blus af met ½ el witte wijnazijn. Voeg de bouillon bij de orzo. De orzo heeft ca. 12 minuten nodig om gaar te worden. Voeg eventueel nog wat kokend water toe als het droog lijkt te koken en roer tussentijds een keer.
3
Zet een pan op met een laagje water en een kneepje citroensap. Breng aan de kook. Vul de gootsteen met water en schil 250 g schorseneren onder water (of gebruik handschoenen).Snij direct in stukjes van ca. 1 cm en doe in direct in de pan (anders worden de schorseneren bruin). Kook ze vanaf dat het water kookt in 6-8 minuten beetgaar. Giet af.
4
Rooster intussen 40 g zonnebloempitten in een droge koekenpan op zacht vuur goudbruin. Pas op dat ze niet verbranden!
5
Rasp 60 g kaas.
6
Verwijder de blaadjes van 150 g Nieuw Zeelandse spinazie. Dunne malse steeltjes zijn eetbaar (snij in stukjes), de dikkere zijn te taai. Verwijder het hart van 1 stronkje roodlof en snij in ringetjes.
7
Check of de orzo gaar is. Voeg de Nieuw Zeelandse spinazie toe en schep om tot geslonken. Voeg zo nodig nog wat heet water toe. Draai het vuur uit, roer de roodlof en schorseneren erdoor en de helft(!) van de geraspte kaas.
8
Leg er een klontje boter op en breng op smaak met peper, dek af en laat even staan.
9
Serveer de risotto met de rest van de kaas en de zonnebloempitjes.